DC-snelladers

Hoewel we in Nederland nog veelal AC-laders zien, neemt de vraag naar DC-snelladers toe. Dat heeft alles te maken met met de behoefte om sneller te kunnen laden. Verderop deze pagina zetten we belangrijke, inhoudelijke verschillen uiteen.

Een AC-lader heeft een vermogen tussen de 3,5 tot 44 kWh, maar de meeste personenauto’s hebben een maximale laadcapaciteit van 22 kWh. DC-snelladers hebben een groter vermogen nodig en vragen daarmee ook veel van de netaansluiting.

‍

Voor het realiseren van laadpalen zijn naast de laadpalen, de bekabeling, een verdeelkast, aansluiting en eventuele aanpassing van de hoofdverdeler de belangrijkste kostenposten. Omdat lengte van de bekabeling, aantal laadpunten, binnen of buiten, per locatie sterk verschillen, is hiervoor geen standaard prijs te geven. Wij kunnen je echter wel snel aan de hand van een aantal vragen van een concrete raming voorzien.

‍

Voor onderhoud is meer richting te geven. je betaalt een maandelijks abonnement voor de basis dienstverlening per laadpunt dat kan worden uitgebreid met aanvullende diensten zoals onderhoud, dynamische load balancing, laden op zon, en meer. Bekijk onze actuele prijslijst voor meer informatie.

Er zijn daarvoor verschillende mogelijkheden die wij  graag toelichten. Investeringen voor laadpalen worden gezien als duurzame investeringen en daarvoor zijn financieringsvormen in de markt beschikbaar. Daarnaast zijn er partijen die een lease-constructie aanbieden waar je de investering terugbetaalt via een maandelijkse fee of een opslag op de geladen kilowattuur.

Er is een groot aanbod aan laadpalen en het aantal mogelijkheden neemt alleen maar toe. Bij de keuze van een laadpaal adviseren wij om in ieder geval te letten op een aantal punten:

‍

• De laadpaal is van een fabrikant die kwaliteit levert, zijn garantievoorwaarden kan nakomen en ook in staat is reserve-onderdelen te leveren.
• De laadpaal kan middels het standaard OCCP protocol communiceren met ieder laadpalenplatform.
• De laadpaal is uitgerust met een MID gecertificeerde stroommeter.

‍

Vaak wordt een laadpaal gekozen puur op uiterlijk en prijs en beide zijn daarin zeker belangrijk. Vaak worden bovenstaande punten echter vergeten, waardoor er na een tijdje toch problemen en frustratie ontstaan.

De mate waarin een laadplein uit te breiden is, is afhankelijk van het beschikbare vermogen en of er bij het ontwerp en aanleg rekening is gehouden met de uitbreiding. De laadbehoefte groeit vaak sneller dan we verwachten en daarom is bij het advies een meting en kijkje naar de toekomst van groot belang. Als er bijvoorbeeld een te kleine verdeelkast wordt gekozen is uitbreiding alleen weer mogelijk met een extra uitgave.

Hiervoor zal je altijd in overleg moeten met de gebouweigenaar. Je gaat graven in zijn grond en de laadpalen worden gekoppeld aan de hoofdverdeelkast van het gebouw. Daarnaast zijn er eventueel ook andere huurders die een laadoplossing willen. In afstemming met de huisinstallateur en eigenaar van het gebouw kan een goed ontwerp van de installatie gemaakt worden. In de huurovereenkomst staan vaak al aangegeven wie waarvoor verantwoordelijk is.

Je hoeft je gebouw in de meeste gevallen niet aan te passen. Wel zijn er aanvullende veiligheidsmaatregelen (borden, aanrijdbeveiligingen) en aanpassingen aan de elektrotechnische installatie nodig. Soms schrijft de brandverzekering of wetgeving aanvullende aanpassingen voor als er sprake is van een parkeergarage. Zeker in die situaties waar een woonfunctie boven de parkeergelegenheid is, gelden aanvullende maatregelen waar rekening mee moet houden.

Het risico op brand door laadpalen of elektrische auto’s is in verhouding lager dan het risico op brand door brandstof auto’s. De gevolgschade en risico’s op elektrocutie zijn wel groter en daarom zijn er noodzakelijke maatregelen nodig in een parkeergarage. Lees hier meer over brandveiligheid van laadinfra.